dinsdag 18 mei 2021

Tussenbeschouwing Giro 2021 (deel 2)

De Giro is inmiddels al een ruime week onderweg, maar het echte werk moet eigenlijk nog beginnen. Ogenschijnlijk steken Bernal en Evenepoel boven de concurrentie uit, maar een scherpe blik op het algemeen klassement leert ons dat de verschillen in de top-10 nog altijd zeer beperkt zijn. Voorlopig maakt Bernal de beste indruk en rijdt dan ook in het Roze. Hij heeft eindelijk zijn eerste etappezege in een Grote Ronde op zak, nadat hij zondag op de grote molen de concurrentie uit het wiel reed. Maar de rug van de Colombiaan blijft me zorgen baren. Hij schijnt er vooral op de lange, zware beklimmingen last van te hebben en die hebben we tot nog toe nauwelijks gehad. Zaterdag op de Zoncolan en vooral maandag in de Dolomieten kunnen we gaan meemaken of het gevoelige gestel van de Colombiaan het Italiaanse hooggebergte aankan. 

Bernal met een zeer groot mes, hopelijk kon zijn rug het aan

Maar we kijken natuurlijk nu in eerste instantie reikhalzend uit naar de sterrato-rit van woensdag, de eerste rit die ik in de voorbeschouwing vet had aangeduid. Het is echter ook van belang de verwachtingen een beetje te temperen. De kans is namelijk groot dat er strategisch gekoerst gaat worden. Een etappe in een grote ronde wordt immers anders gereden dan een eendagswedstrijd. Het gekende spektakel van de Strade Bianche zou dus uit kunnen blijven. De weergoden lijken de renners ook relatief mild gezind, van apocalyptische toestanden zoals in 2010 zal geen sprake zijn. Dit gezegd hebbende, verwacht ik toch dat Ineos de koers zeer hard zal proberen te maken. Ze hebben er in elk geval de ploeg én de kopman voor.

Bernal is namelijk, misschien samen met Formolo en Bardet, op papier de beste klassementsrenner op de witte wegen. En Evenepoel heeft op dit vlak geen al te beste reputatie, in 2019 sloeg hij een modderfiguur in de Ardiatica-Ionica. Remco heeft de rit verkend en zal zich allicht ondertussen verbeterd hebben, maar hij loopt zeker het risico om flink wat tijd te verliezen. Positionering is niet zijn sterkste punt en juist dat is een essentieel onderdeel van een rit met het karakter van een voorjaarsklassieker. Zondag ging het op weg naar de onverharde slothelling al mis voor de Vlaamse hoop. Hij begon in verloren positie aan de laatste kilometer en kon zich alleen met een monsterinspanning nog in de top van de daguitslag nestelen. Dit lukte hem één keer, maar in etappe 11 wachten hem vier lange stroken grind en ongetwijfeld vele onvoorziene hindernissen. 
 
Montalcino

De voorlopige rit der ritten voert van Perugia naar Montalcino. Van Umbrië naar Toscane. En het is deze Giro ook de etappe die officieel is aangemerkt als de Wine Stage. In voorgaande jaren was het te doen gebruikelijk dat de lange tijdrit in het midden van de ronde deze krans kreeg. Wat als vanzelf leidde tot het begrip de Wine Trial. Met deze fraaie recente traditie wordt nu dus gebroken, aangezien er nu niet op flitsende tijdritbolides langs de wijnranken zal worden gesneld. Maar gelukkig zullen de sterrati het leed doen verzachten. 

Een ander teer punt is de wijn die onder de aandacht wordt gebracht, de vermaarde Brunello di Montalcino. En laat dat nou net een van de duurste wijnen van Italië zijn. Jan met de Pet zal dus op zijn dorst blijven zitten of flink wat eventueel corona-spaargeld over de balk moeten gooien om aan het juiste druivennat te komen. Maar er zijn uiteraard vele andere Toscaanse wijnen beschikbaar, die zonder prestigieuze branding menig Brunello naar de kroon steken. Nou zullen de koers en de getoonde landschappen waarschijnlijk zo innemend zijn, dat het geboden schouwspel ook zonder oenologische begeleiding uitstekend te genieten is.

Etappe 12 donderdag 20 mei, van Toscane naar Emilia-Romagna
Als donderdag het stof is neergedaald, is er geen gelegenheid om rustig op adem te komen. Etappe 12 sluit het Toscaanse tweeluik af, met weeral een stevige dag klimmen in de Apennijnen. Een lange dag ook, de maar rit van Siena naar Bagno di Romagna meet dik over de 200 kilometer. Qua klimwerk is het misschien wel de lastigste etappe tot nog toe, aangezien de bergen een stuk steiler en grilliger zijn dan in de Abruzzenrit van afgelopen zondag. In volle finale ligt de niet te onderschatten Passo del Carnaio, waar zeker verschillen gemaakt kunnen worden. Het lijkt in principe een dag voor de vluchters, maar als de klassementsmannen goesting hebben, kunnen er verrassende dingen gebeuren. Zeker als de weersvoorspelling weer eens nat uitpakt.

Twee dagen om naar uit te kijken dus, gevolgd door een pannenkoek-platte rit over de Povlakte op vrijdag. Een goede gelegenheid voor de renners en de volgers om de benen weer los te fietsen en even aan te sterken. In het weekeinde bereiken we immers dan eindelijk de Alpen. Arrivederci!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten