woensdag 28 augustus 2013

Kom en zie

Na de introductie op de materie in een voorgaand artikel, zal ik in dit artikel nader ingaan op de film Idi i smotri (Come and See) en de context van het fictieve en tegelijk historisch-realistische verhaal dat deze film vertelt over de Tweede Wereldoorlog in Wit-Rusland.

De film is in 1985 uitgebracht in de Sovjet-Unie ter gelegenheid van de viering van 40 jaar overwinning op Nazi-Duitsland. De film is echter allesbehalve triomfalistisch. Bitter en nihilistisch zou de een zeggen, morbide en poëtisch zou een andere interpretatie kunnen zijn. Absurdistisch, realistisch, gruwelijk, confronterend, het zijn allemaal termen die van toepassing zouden kunnen zijn op deze film.

Of de kijker de film positief of negatief beoordeelt, is iets heel persoonlijks. Een ding weet ik echter vrij zeker: het zien van deze film gaat je niet in de koude kleren zitten en zal je wellicht nog lang achtervolgen. Als je snel nare dromen krijgt van films en daar geen prijs op stelt, dan is het eventueel aan te raden deze film te vermijden. Want wat je er ook van vindt, lichtvoetig vermaak is het zeker niet.

Het onderwerp van de film is de strijd tussen Duitse legereenheden en partizanen in Wit-Rusland en de repesailles die de Duitsers op de burgerbevolking uitvoeren. De protagonist is een jongen, ogenschijnlijk nog nauwelijks in de pubertijd, die wordt meegezogen in de wervelwind van de geschiedenis die in zijn omgeving huishoudt. Dat hij er niet zonder kleerscheuren vanaf komt moge duidelijk zijn.

Dat er achter het front partizanen actief waren is wellicht bij meesten wel bekend. Wat minder bekend is, dat dit met name in Wit-Rusland op zo'n grote schaal gebeurde dat de Duitsers er serieus hinder van ondervonden en de Sovjet-propaganda hun daden nauwelijks hoefde te overdrijven. Het landschap van Wit-Rusland, met zijn onherbergzame wouden en moerassen, was dan ook sterk in het voordeel van de partizanen. Die konden met hun terreinkennis en lokale contacten eenvoudig de Duitsers het leven flink zuur maken. Van een Duitse bezettingsmacht was achter de frontlinie nauwelijks sprake en de essentiele verbindingen tussen het front en het achterland, zoals bruggen en spoorwegen, waren dan ook een vrij eenvoudig doelwit.

In de film komen deze acties eigenlijk niet aan bod. Van verheerlijking van de heldendaden van de partizanen is dan ook geen sprake. Hun armzalige bestaan, de constante dreiging van de vijandelijk vuur en de zware interne discipline worden zonder opsmuk in de verf gezet.

Ook de wandaden van de Nazi's worden soms slechts terloops weergegeven. Waarmee ze niet minder indringend worden weergegeven. Integendeel zelfs. Een van de beelden die bij een ieder na het zien van deze film bij zal blijven, is de stapel naakte lijken achter een hut die de naamloze kinderen slechts in een flits zien, als ze in paniek het dorp proberen te ontvlochten.

Verderop in de film wordt het brute geweld juist op bijna barokke manier in beeld gebracht. Hier past wellicht een verwijzing naar het boek dat in mijn voorgaande bericht ook al ter sprake kwam: Bloedlanden van Timothy Snyder. Snyder bepreekt daarin ook de strijd die de Duitsers tegen de partizanen leverde, of liever tegen de burgerbevolking van Wit-Rusland. Want van pogingen de partizanen effectief aan te pakken was in werkelijkheid geen sprake. Er waren achter de linies speciale SS-eenheden actief, in een rol die doet denken aan de Einsatzgruppen die eerder in de oorlog de oprukkende Wehrmacht achterna gingen om Joden uit te moorden. Tegen de tijd dat de partizanenstrijd op zijn hevigst was (en deze film dus gesitueerd moet worden), waren de Joden in Wit-Rusland al vrijwel uitgeroeid of, als ze geluk hadden, gevlucht.

De anti-partizanenacties hadden als doel door vergeldingen de burgers af te schrikken de partizanen van steun te voorzien. In werkelijkheid had de bevolking geen keus, aangezien de partizanen ook niet schuwden geweld te gebruiken als ze trachtten aan eten of andere essentiële goederen te komen. Los van deze realiteit, ging de SS bij elk spoor van verzet over op het uitmoorden van burgers en het afbranden van dorpen. Dit is wat in het tweede deel van de film uitvoerig in beeld wordt gebracht.

Na het zien van deze scenes was mijn gedachte dat sommige details zo bizar waren, dat ze onmogelijk fictief konden zijn. Immers: reality is often stranger than fiction. En Snyder bevestigt mijn vermoedens. Zo is de SS-officier met het halfaapje op de schouder, die de moordpartij goedkeurend aanschouwt, ogenschijnlijk geïnspireerd op de beruchte SS´er Dirlewanger, die tijdens zijn gruweldaden ook een aapje meetorste.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat een van de schrijvers van het scenario van de film, Ales Adamovich, ooggetuige was van de onbeschrijfelijke gruwelijkheden die zich achter het front in Wit-Rusland hebben afgespeeld. Dat Adamovich, samen met regisseur en co-auteur Elem Klimov, er toch in is geslaagd deze onbevattelijke wandaden in beeld en geluid te vatten, is wat mij betreft een historische prestatie van formaat.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten