[leader]
Oskar: Ik ben Oskar, mislukt wetenschapper, Midden-Oostendeskundige, stofzuigermonteur, vliegvisser en vanavond te gast bij Zomergasten.
[intro]
Wilfried de Jong: Van harte welkom bij deze toch wel zeer speciale uitzending van Zomergasten. Vanavond heb ik iemand te gast die bij het grote publiek volledig onbekend is. De redactie had namelijk wel eens genoeg van al die bekende Nederlanders die eigenlijk helemaal niks te vertellen hebben en alleen maar uit ijdeltuiterij komen opdraven.
Oskar: Nou ik ben anders ook wel redelijk ijdel hoor.
W. Ja, maar bij jou zijn de kijkers nog niet verzadigd.
O: Daar heb je misschien wel een punt, ik kan me inderdaad niet voorstellen dat er iemand werkelijk nog op ruim drie uur Nelleke Noordervliet zit te wachten.
W. Zo is het. Maar vanavond dus jouw ideale tv-avond. Hoe ziet die er uit? Wat kunnen de kijkers verwachten?
O. Nou in elk geval veel films, documentaires en muziek. Ik hoop dat het niet al te zwaar op de hand ligt allemaal, want ik vrees dat ik weinig lichtvoetig vermaak gepland heb.
W. Geeft niks, je zit hier bij de VPRO, daar kan het in principe niet snobistisch en pretentieus genoeg zijn. Maar laten we maar naar je eerste fragment gaan, die direct uit je keuzefilm komt. Waarom heb je daarvoor gekozen?
O. Ik had me als concept een avond voor ogen, die qua opbouw gelijk is aan de albums Rust never sleeps van Neil Young en Demon Box van Motorpsycho. Beide albums die variaties van hetzelfde nummer als inleiding en afsluiting hebben en daarmee een soort muzikale kaft van het album vormen. Ik dacht met dit fragment als inleiding en de keuzefilm als afsluiting, een soort cinematografische omslag van de avond te presenteren.
W. Nou dat is inderdaad meteen goed pretentieus. Ik vermoed dat de avond voor de VPRO-directie al een orgastisch hoogtepunt heeft bereikt. Hopelijk hebben ze nog niet meteen al hun kruit verschoten, want er staat ze nog meer te wachten. Vertel even wat voor film het is.
O. Het is een fragment uit de film Andrei Rublev van de Russische regisseur Andrei Tarkovsky.
W. Ook al zo'n favoriet van de culturele elite.
O. Ja, maar die elite zit in de huidige samenleving zwaar in de verdrukking. Wanneer heb jij voor het laatst een film van Tarkovsky op tv gezien? Ik kan het me niet heugen. Op internet is veel te vinden voor de connaisseur, maar in de mainstream-massamedia regeert de tirannie van de vervlakking.
W. Nou nou nou, zo kan die wel weer. Wat zien we in dit fragment?
O. De film (uit 1966) gaat over de Russische iconenschilder Andrei Rublev. De film is een fictief verhaal rond deze historische figuur, gesitueerd in Rusland ergens in de vijftiende eeuw. In dit fragment heeft Andrei (gespeeld door Anatoly Solonitsyn) een discussie met de oude schilder Theofanes de Griek (Nikolai Sergeyev) over kunst, de zin van het leven en het geloof.
W. De zware thema's worden inderdaad niet geschuwd, maar laten we maar gaan kijken.
W. Om stil van te worden. Ik heb de hele film al gezien en ik kan zeggen: het is een hele zit, maar beslist de moeite waard.
O. Zeker en vast.
W. Het is een film met duidelijk religieuze ondertoon, wat spreekt jou daar in aan?
O. Nou, je moet bedenken dat deze film in de Sovjet-Unie geproduceerd is, in een tijd waarin religie eigenlijk zo veel mogelijk uit het openbare leven verbannen werd. Dat Tarkovsky het toch waagde om zo'n film te maken, waarin zijn persoonlijke kijk op het Christendom, de geschiedenis van Rusland en de Russische samenleving ongecensureerd naar voren komt, vind ik heel bijzonder.
W. Maar wat zegt deze film over jou? Hoe gelovig ben jij op een schaal van één tot tien?
O. Daar ga ik liever niet op in, dat is een te persoonlijke vraag.
W. Maar jij kiest voor dit fragment, dan kun je toch zo'n vraag verwachten?
O. Ja, daar ben ik me van bewust. Maar het gaat mij vooral om de schitterende beelden, de muziek en acteurs.
W. Wil je zeggen, dat de persoonlijke boodschap van Tarkovsky, die je daarnet nog roemde, je volledig koud laat?
O. Nee sorry, dat bedoel ik natuurlijk niet. Ik ben zelf niet christelijk opgevoed, heb wel enkele jaren op een christelijke school gezeten, maar heb zelf dus geen sterke persoonlijke band met het geloof. Ik zie zeker wel een schoonheid in de boodschap van de film. En in zekere zin vind ik deze film, samen met Het evangelie volgens Mattheüs van Pasolini, een van de meest effectieve vormen van cinematografisch zendingswerk die ik heb gezien. En daarnaast draagt de film in mijn ogen in essentie niet zo zeer een fundamenteel Christelijke, als wel een meer algemeen humanistische boodschap uit. Het draait in de film vaak om het individu in zijn eeuwigdurende zoektocht naar zingeving en inspiratie en om de onderwerping van de kwetsbare mens door machtige mogendheden, of dat nou kloosterorders, prinsen, Mongoolse hordes, tsaren of communistische partijleiders zijn. De laatste categorie komt natuurlijk niet letterlijk in de film aan bod, maar de parallel is door de kijker makkelijk te leggen en ik vind het dan ook een wonder dat deze film überhaupt ooit in de Sovjet-Unie in de bioscoop te zien is geweest.
W. Dat is inderdaad wel bijzonder, als je er zo naar kijkt. Maar laten we naar het volgende fragment gaan. Muziek.
O. Ja een clip van Yo La Tengo, een band uit Hoboken, New Jersey, gemaakt bij hun nummer Sugarcube, uit 1997.
W. Wil je er nog wat bij zeggen.
O. Nee, dat kan zo meteen wel. Laat de kijker eerst maar, als een onbeschreven blad, met dit meesterwerk geconfronteerd worden.
W. Oké.
W. Waarom heb je hiervoor gekozen?
O. Nou een avond Zomergasten samenstellen is toch een beetje zoals je eigen begravenis regisseren. Je kunt zelf de accenten leggen, de muziek kiezen en in zekere zin zelfs de toespraken schrijven. Nou is het publiek voor de buis thuis hopelijk wel in een andere stemming dan mensen in de zaal bij een uitvaart...
W. Ehhm, wellicht niet na het eerste fragment...
O. Soit, touché en senk joe, je hebt een punt. Oké, maar om mijn betoog voort te zetten... Waar was ik ook al weer? Juist, mijn uitvaart. Nou, ik denk niet dat dit nou direct een nummer is dat bij mijn uitvaart ten gehore moet worden gebracht... Eh, ik ben nu nu echt de draad kwijt. Zou je me niet meer zo abrupt in de reden willen vallen Wilfried?
W. Is goed.
O. Allereerst is dit een fraai lichtvoetig nummer, met een grappige clip. Dat alleen al om de stemming wat op te krikken na het, zoals je stelde, wat zware eerste fragment. Verder is de clip zelf natuurlijk een commentaar op de populaire cultuur, het rocksterrendom en beeldvorming in de media. En dat is natuurlijk bij uitstek een thema voor een programma als Zomergasten.
W. Ik denk dat ik je begin te begrijpen. Is dit muziek waar je veel naar luistert?
O. Het is niet per sé muziek waar ik regelmatig naar luister, het is wel muziek die in mijn weg naar volwassenheid een belangrijke rol heeft gespeeld. Het is trouwens niet mijn favoriete nummer, maar wel een nummer met een krachtige videoclip en ik zit hier immers niet in een radioprogramma, dus het beeldelement moet ik ook in mijn keuze mee laten wegen.
W. Klopt het dat ik in deze clip verwijzingen zie naar fenomenen zoals Spinal Tap?
O. De redactie heeft je weer goed voorbereid Wilfried. Dat is inderdaad het geval. Aan de ene kant zit er in de clip natuurlijk de satirische tongue-in-cheek humor die we kennen uit de klassiek mockumentary Spinal Tap, aan de andere kant is grap ook dat een suffe lofi-indieband als Yo La Tengo natuurlijk het absolute tegengestelde is van een over-the-top glam-metalband als Spinal Tap en met die beide concepten wordt in de clip mijns inziens meesterlijk gespeeld.
W. Prima, we nemen nu even een korte pauze en zijn zo weer bij u terug met het vervolg van Zomergasten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten